Terug naar programmalijn

Programma

Meedoen

Onderdeel van programmalijn Welzijn

Context, trends en ontwikkelingen

Participatie en werkgelegenheid
De arbeidsmarkt heeft zich momenteel volledig hersteld. Helaas zien we dat mensen met een uitkering in het kader van de Participatiewet hiervan beperkt profiteren; de instroom is nog steeds groter dan de uitstroom. Ons samenwerkingsverband met Larcom, via het ATC/Dienstenbedrijf, anticipeert op de herstelde vraag naar werknemers. Dit gebeurt door relaties met regionale werkgevers te versterken en vraaggericht maatwerk te leveren. Zo verbindt het ATC/Dienstenbedrijf de personele vraag van een werkgever aan de wil om te werken van een werkzoekende. Daar waar een werkzoekende zonder gegronde redenen niet wil werken of meewerkt aan en traject, treden we handhavend op.

Het lukt goed om mensen met een arbeidsbeperking bij reguliere werkgevers aan het werk te krijgen. Dit komt aan de ene kant door de goede afstemming op casusniveau met het onderwijs (pro en VSO). Aan de andere kant komt het door ondersteuning van werkgevers via loonkostensubsidie en begeleiding. Wij zetten dit beleid in 2018 voort, vanwege de positieve ervaringen.

Naast begeleiding naar werk bieden we via ons armoedebeleid ondersteuning aan mensen met een krappe beurs. Gemeentelijke regelingen, voorzieningen via het Samen Doen team en het netwerk met kerken en andere maatschappelijke organisaties helpen hierbij.

WSW
De kosten van de WSW dalen minder snel dan het beschikbare Rijksbudget. De oorzaak is dat de uitstroom van mensen in de WSW minder hard gaat dan de korting die het Rijk voor komende jaren heeft doorgevoerd. Met Larcom bespreken wij de mogelijkheden welke mogelijkheden er zijn om de inleenvergoedingen te verhogen en de kosten voor overhead te verlagen. De uitkomsten van deze gesprekken zijn bij het opstellen van deze begroting nog niet bekend.

Beschut werk
Is de evaluatie van de tweejarige pilot Beschut Werk positief? Dan zetten we Beschut Werk begin 2018 om naar een structureel aanbod. Wel moeten we dan bekijken of we hieraan een formele indicatie koppelen, zoals wettelijk bepaald is. Of dat we uitgaan van de praktijksituatie, zoals het nu geregeld is. Op dit moment gaan we uit van een structureel benodigd bedrag van € 300.000.

Bijstand en gemeentelijk minimabeleid
Bijstand
We zetten ons in om inwoners te begeleiden naar werk. Het hebben van werk heeft (vaak) een positief effect op het welbevinden van de inwoner. Door de aantrekkende economie komen er meer kansen op een betaalde baan, ook voor inwoners uit Hardenberg. De eerste tekenen zien wij hierin terug als wij kijken naar de dalende WW-cijfers. Tegelijkertijd stijgt in heel Nederland en ook in Hardenberg het bijstandsvolume harder dan verwacht, zoals Stimulansz onderschrijft.

Niet voor iedere inwoners is het vinden van een betaalde baan op korte termijn mogelijk. Denk hierbij aan inwoners zonder startkwalificatie. Daarnaast heeft een deel van de inwoners met een uitkering zodanige problematiek dat plaatsing op de arbeidsmarkt niet gerealiseerd kan worden. Hierbij moet u denken aan zorg- en of schuldenproblematiek, al dan niet in combinatie met een gebrek aan elementaire werknemersvaardigheden. Hier willen wij op in gaan spelen met Mobility Mentoring vanuit het team inkomen, werk, schulddienstverlening en Samen Doen.
 Aanvullend gaan we de komende tijd een meer integrale focus leggen op de ontwikkelingsmogelijkheden van onze inwoners; als iemand met een uitkering is te ontwikkelen richting werk dan doen we dat; kan dat niet dan ligt de focus op maatschappelijke participatie. In de analyse (is iemand ontwikkelbaar) willen we een integrale benadering waarbij alle problematiek wordt meegenomen. De hieraan ten grondslag liggende methodiek moet breed in de organisatie worden geborgd zodat onze medewerkers in de Samen Doen Teams, het jongerencluster, inkomensconsulenten en werkconsulenten op een eenduidige manier naar onze inwoner kijken. De regie op casusniveau ligt bij de gemeente, voor de concrete ontwikkeling zullen we samenwerking zoeken met externe partners.  

Het doel is om iedere inwoner die kan werken te begeleiden naar werk. Hierin heeft het ATC Dienstenbedrijf een dubbele opdracht. Enerzijds werkgeversdienstverlening, anderzijds het begeleiden vanuit de uitkering naar een arbeidsplaats. In de komende periode gaat het ATC Dienstenbedrijf meer focus leggen op de werkgeversdienstverlening. Dit betekent dat een plaatsing de hoogste prioriteit krijgt: dat kan iemand vanuit onze uitkering zijn maar ook bijv. iemand uit een andere gemeente of de WW. Deze verandering in focus sluit meer aan bij de regionale afspraken die we hebben gemaakt binnen het RWB en zal op de langere termijn een bijdrage leveren aan een goed lopende economie en daarmee voor werkgelegenheid.

Minimabeleid
In 2014 heeft de gemeenteraad het beleidsplan armoede 2014-2017  ‘Meer dan symptoombestrijding’ vastgesteld. In september 2016 heeft de raad een tussenevaluatie over dit beleid vastgesteld. Het beleid van de gemeente Hardenberg gaat verder dan enkel oog hebben voor de financiële situatie van de inwoner. Er is ook oog voor de effecten van armoede op onze inwoners. Denk hierbij aan de stress die armoede- en schuldenproblematiek kan veroorzaken.

Samengevat zijn de uitgangspunten van het beleid:

  1. Als gemeente zorgen we voor onze inwoners, ook bij financiële problemen. We nemen de problemen niet over. We bieden voorzieningen die helpen om de problemen op te lossen, of die de situatie verzachten. Zo werken inwoners aan de eigen zelfredzaamheid.
  2. We willen armoede- en schuldsituaties integraal oppakken. Dit betekent dat we ook achterliggende problemen aanpakken, die ten grondslag liggen aan de armoede- of schuldproblematiek.
  3. We willen financiële problemen in een zo vroeg mogelijk stadium kunnen aanpakken. Hiervoor is een goed functionerend signaleringssysteem noodzakelijk. Samen met onze maatschappelijke partners willen we dit systeem ontwikkelen.
  4. We willen dat iedereen, ongeacht financiële belemmeringen, kan deelnemen aan de samenleving. We stellen hiervoor middelen ter beschikking. Deze middelen zijn zoveel mogelijk in natura in plaats een financiële tegemoetkoming. Zo houden we zicht te houden op de besteding van deze middelen.
  5. Elke situatie kent zijn specifieke oplossingen. Dit vraagt om maatwerk in plaats van generieke oplossingen. Kan iemand bepaalde kosten niet dragen? Dan bepalen we per casus of en hoe we hier als gemeente ondersteuning kunnen bieden.
  6. Kinderen mogen niet de dupe worden van de thuissituatie.
  7. We doen het niet alleen. We verwachten ook van onze partners een inzet op armoedebestrijding. Zo bundelen we onze krachten en verdelen we de verantwoordelijkheid . Hierbij schuiven we onze verantwoordelijkheid niet af, maar versterken we de kracht van de Hardenbergse samenleving.
  8. We voeren het armoedebeleid budgetneutraal uit. Dit is in lijn met de andere decentralisaties in het sociaal domein.

In de afgelopen periode hebben we ingezet op bovenstaande uitgangspunten. Niet alleen maar samen met onze ketenpartners. Dit kwam bijvoorbeeld tot uiting op het symposium ‘De vele gezichten van armoede’. Hier sprak onder meer lector Schulden & Incasso Nadja Jungmann over het effect van stress op het brein. Zij nam de aanwezigen mee door de dienstverlenende principes van Mobility Mentoring. Dit is een methodiek die laat zien welke impact stress heeft op inwoners en hoe men hier met de juiste dienstverlening op kan inspelen met dienstverlening. In het najaar van 2017 starten de Mobility Mentoring-trainingen onder medewerkers van de bestuursdienst Ommen-Hardenberg. Ook krijgt de raad in dit najaar een nieuw beleidsplan op het gebied van armoede en schulden ter besluitvorming voorgelegd. Dit beleidsplan heeft een looptijd van twee jaar.

Onderwijs, educatie en voorschoolse voorzieningen
We blijven inzetten op de voorwaardenscheppende gemeentelijke activiteiten op onderwijsgebied, zoals huisvesting en vervoer. Maar daarnaast willen we voortijdige uitval van jongeren voorkomen. Daarom zetten we steeds nadrukkelijker in op de doelstelling dat jongeren een startkwalificatie behalen. Dit betekent dat ze een havo- of mbo-niveau 2-diploma hebben. We willen deze doelstelling halen door deze jongeren persoonlijk te benaderen. Ook werken we nauw samen met diverse partners. Denkt u aan: rijksoverheid, onderwijsinstellingen, medewerkers van aanpalende gemeentelijke beleidsterreinen, Samen Doen team en het UWV. De taken van het RMC zijn zowel preventief (voorkomen schooluitval) als curatief (terugleiden naar een school of opleidingstraject). Ook is het belangrijk dat het aanbod van het onderwijs aansluit bij de vraag van de arbeidsmarkt. Zo zorgen we voor een doorgaande lijn en willen we voorkomen dat onze inwoners uiteindelijk aanspraak moeten maken op de bijstand.

In het kader van Passend Onderwijs en de Jeugdwet stemmen de schoolbesturen en de gemeenten in de regio de visies op elkaar af. Onderwijs en gemeenten hebben te maken met dezelfde kinderen/jongeren en dezelfde ouders. Beide streven ernaar om de gezinnen op een praktische manier en in de eigen omgeving van het kind de ondersteuning en hulp te bieden. Deze ondersteuning en hulp kan onderwijs- en zorggerelateerd zijn. Op deze manier krijgen kinderen/ jongeren de steun die zij nodig hebben om goed maatschappelijk te functioneren. Het leerlingenvervoer en de onderwijshuisvesting hebben ook duidelijke raakvlakken waarvoor een goede samenwerking essentieel is.
Verder besteden we extra aandacht aan de lokale samenwerking. Dit gebeurt onder de noemer Brede School ontwikkeling. Er waren tot nu toe negen Brede School overleggen. Het streven is om in 2018 in alle dorpen en wijken van Hardenberg een Brede School overleg te hebben. Om zo onderwijs, sport, cultuur en zorg voor kinderen van 0 tot en met 12 jaar op lokaal niveau beter op elkaar af te stemmen.

Extra impuls voorschoolse voorzieningen
Rijk en gemeenten hebben bestuurlijke afspraken gemaakt over een aanbod voor alle peuters. Hieraan gekoppeld is een tot 2021 oplopende extra Rijksbijdrage. Zo krijgen gemeenten de mogelijkheid om de toegankelijkheid van de voorschoolse voorziening een extra impuls te geven. In de meicirculaire is de verdeling van de middelen over de gemeenten voor 2016 en 2017 bekendgemaakt. Voor 2018 en verder is dit momenteel nog niet duidelijk. Daarom is het niveau van 2017 aangehouden. Daarnaast worden vanaf 2018 de Oké-gelden voor een kwaliteitsverbetering van peuterspeelzalen uit het gemeentefonds gehaald. Dit was al eerder bekend en dit is in deze begroting verwerkt.

Onderwijshuisvesting
In 2013 heeft de gemeenteraad het Integraal Huisvestingsplan primair onderwijs ‘Stippen op de horizon’ vastgesteld. Dit IHP geeft aan hoe de gemeente samen met de schoolbesturen het scholenbestand wil hervormen. Dit is nodig om leegstand als gevolg van de afname van het aantal leerlingen zoveel mogelijk te beperken of te  voorkomen en om in goede toekomstbestendige gebouwen les te kunnen geven. Tegelijkertijd blijft de kwaliteit van de schoolgebouwen een belangrijk aandachtspunt. Samengevat zegt het IHP dus “minder maar beter!”.

Als gevolg van de overspannen markt voor utiliteitsbouw stijgen de prijzen voor nieuwbouw en renovatie van scholen fors. Dit effect wordt versterkt door toenemende duurzaamheidseisen. Deze prijsstijging vraagt om een herijking van de financiële paragraaf van het Integraal huisvestingsplan. De voorbereiding hiervan en de voorbereiding van de nu geldende begroting 2018 vinden tegelijkertijd plaats. Daarom is dit cijfermatig reeds in deze begroting 2018 verwerkt.

Het aantal leerlingen op OBS De Regenboog te Slagharen stijgt. De stijging heeft geen blijvend karakter. De recent opgestelde prognoses bevestigen dat. Daarom gaan we tijdelijk uitbreiden.

In 2007 is de huisvesting van het Greijdanus college uitgebreid. Het schoolbestuur vraagt nu om bekostiging van tijdelijke huisvesting voor 120 leerlingen, waarvoor het de huisvesting in feite heeft voorgefinancierd. In aanvulling daarop vraagt het schoolbestuur bekostiging van de eerste inrichting met leer- en hulpmiddelen en meubilair voor 120 leerlingen.

Besluitvorming over de herijking van de financiën voor de onderwijshuisvesting gebeurt via een apart raadsvoorstel, dat u inmiddels heeft ontvangen.

WMO-welzijn
Onze visie vanuit WMO-welzijn is: het benutten en versterken van kwaliteiten van inwoners en de samenleving. Want mensen kunnen vaak meer dan ze zelf denken. Al dan niet met hulp van de omgeving. Wij kunnen als gemeente de zelfredzaamheid en de eigen kracht van de inwoners en samenleving bevorderen. Zo ondersteunen we doelgroepen (jongeren, ouderen, minima, gehandicapten) op basis van het criterium ‘zelfredzaamheid’. Hierdoor neemt onze verantwoordelijkheid af. We bieden alleen hulp als het nodig is en gaan uit van maatwerk. Een voorbeeld: vanuit onze betrokkenheid ondersteunen we mantelzorg en waarderen we de vrijwilliger die de hulp oppakken. De vrijwilligers zien wij als belangrijke dragers van sociale cohesie, voorzieningen en onderlinge hulp. Daarnaast hebben we een vangnetfunctie voor kwetsbare groepen, zoals mensen zonder werk, zieken en mindervaliden. Maar soms ook jongeren, ouderen en nieuwkomers.  Preventieve gezondheid, aanpak van gebruik van verslavende middelen en schuldhulpverlening zijn onze aandachtsgebieden. We willen kwetsbare groepen een bijdrage geven om mee te kunnen doen aan sport, sociale en culturele activiteiten. Ook blijven voorzieningen voor kwetsbare groepen financieel en fysiek bereikbaar.
Alle inzet is er op gericht om de inwoner in kwestie zo lang mogelijk aan de maatschappij te laten deelnemen.  We streven naar een inclusieve samenleving. Hierin telt iedereen mee en kan iedereen zich verplaatsen en participeren. Ook wanneer er sprake is van een fysieke, zintuiglijke of psychiatrische aandoening.

Collectieve Zorgverzekering
De gemeente biedt aan inwoners met een laag inkomen en een hoge zorgvraag een collectieve zorgverzekering van Zilveren Kruis aan. In 2018 stijgt naar verwachting de maandelijkse zorgpremie door wijzigingen in het beleid van Zilveren Kruis.. Om deze stijging voor inwoners met een laag inkomen deels  te compenseren, is voorgesteld om de gemeentelijke bijdrage in de zorgpremie te verhogen. Met de verhoging van deze gemeentelijke bijdrage compenseren we een groter deel van de maandelijkse premie die verzekerden moeten betalen. Zo blijft de regeling aantrekkelijk voor onze inwoners. De verhoging van de gemeentelijke bijdrage leidt tot een extra uitgave van € 60.000

Relatie met kaderstellende nota's

•   Kadernota Sociaal Domein
•   Beleidsplan Samen Doen
•   IHP primair onderwijs "Stippen op de horizon"
•   Lokaal gezondheidsbeleid 'Samen Gezond in Hardenberg' 2016 - 2019